Inloggen
Geschiedenis
Filters

Groep

Vak

Type

Werkbladen
Waar zie je dezelfde letter? [115] (alle letters)
Groep 2 , 3
Gebruikte letters: w, j, d, v, oo, u, ee, s, k, ou, i, z, t, r, ij, h, l, n, uu.
Werkbladen
Waar zie je dezelfde letter? [113] (eu, l, j, ou, uu, ie)
Groep 2 , 3
Gebruikte letters: eu, l, j, ou, uu, ie.
Werkbladen > Grammatica > Zinsontleding > Persoonsvorm
Persoonsvorm: verander het onderwerp [2]
Groep 7 , 8
Je kunt de persoonsvorm op verschillende manieren vinden. Een van die manieren is door het onderwerp van een zin te veranderen. Verander op het werkblad van elke zin het onderwerp en onderstreep daarna de persoonsvorm. Als je klaar bent, kun je het werkblad zelf nakijken met het antwoordenblad.
Werkbladen > Grammatica > Zinsontleding > Persoonsvorm
Persoonsvorm [4]
Groep 7 , 8
De persoonsvorm van een zin is altijd een werkwoord. Een zin heeft altijd maar een persoonsvorm. Als je de persoonsvorm van een zin weet, dan kun je ook de andere zinsdelen benoemen. Het is daarom belangrijk om altijd eerst de persoonsvorm in een zin te vinden. Onderstreep op dit werkblad in elke zin de persoonsvorm. Heb je nog moeite met de persoonsvorm? Gebruik dan de uitlegkaart voor wat extra hulp!
Werkbladen > Grammatica > Zinsontleding > Onderwerp
Onderwerp [8]
Groep 7 , 8
Met dit werkblad oefen je met het vinden van het onderwerp. Het onderwerp kan een woord zijn, maar kan ook uit meerdere woorden bestaan. Je kunt het onderwerp vinden door te vragen: Wie of Wat + persoonsvorm. Omcirkel het onderwerp in elke zin. Vind je het onderwerp nog lastig? Gebruik dan de uitlegkaart als ondersteuning.
Werkbladen > Grammatica > Zinsontleding > Zinnen knippen
Zinnen knippen [7]
Groep 7 , 8
Oefen met dit werkblad het herkennen van zinsdelen. Knip elke zin op het werkblad in stukken. Als je klaar bent met het werkblad kun je het zelf nakijken met het antwoordenblad. Vind je het knippen van zinnen nog lastig? Gebruik dan de uitlegkaart als ondersteuning.
Werkbladen > Grammatica > Zinsontleding > Zinnen knippen
Zinnen knippen [6]
Groep 7 , 8
Met dit werkblad oefen je het verdelen van een zin in zinsdelen. Knip elke zin op het werkblad in stukken. Heb je nog moeite met het knippen van zinnen? Gebruik dan de uitlegkaart als ondersteuning. Je kunt het werkblad zelf nakijken met het antwoordenblad.
Werkbladen > Grammatica > Zinsontleding > Onderwerp
Onderwerp [7]
Groep 7 , 8
Een zin geeft aan wat er met het onderwerp aan de hand is, wat het onderwerp overkomt of wat het onderwerp doet. Let op: het onderwerp kan uit meerdere woorden bestaan! Omcirkel op het werkblad het onderwerp in elke zin. Vind je het onderwerp nog lastig? Gebruik dan de uitlegkaart tijdens het oefenen.
Werkbladen > Grammatica > Zinsontleding > Gemengd
Zinsontleding: gemengd [4]
Groep 5 , 6
Oefen met dit werkblad met het benoemen van de verschillende zinsdelen. Schrijf achter elke zin welk zinsdeel het is. Kies uit het onderwerp, de persoonsvorm, het lijdend voorwerp, het meewerkend voorwerp of het werkwoordelijk gezegde. Heb je het werkblad af? Kijk het dan zelf na met het antwoordenblad. Succes!
Werkbladen > Grammatica > Zinsontleding > Gemengd
Zinsontleding: gemengd [2]
Groep 5 , 6
Door middel van dit werkblad leer je zinsdelen te herkennen en te benoemen in een zin. Benoem in elke zin het onderwerp, de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde en het lijdend voorwerp. Daarna kun je het werkblad zelf nakijken met het antwoordenblad. Vind je zinsontleding nog lastig? Gebruik dan de uitlegkaarten.